Een Faustiaans verbond: tussenverhaal uit Hitte
In het boek “HITTE Hoe voorkomen we dat de planeet verbrandt?” van George Monbiot (zie bijna onderaan: boeken), staat als tussen verhaal de sage van “Een Faustiaans verbond”.
Met behulp van een ‘span van louter vuur’ struint hij door heel Europa. Hij verricht ook wonderen. Zo laat hij bijvoorbeeld hartje winter verse druiven aanrukken vanuit het zuidelijk halfrond. Na vierentwintig jaar verschijnen de duivels om hem op te halen. Hij smeekt om genade, maar daarvoor is het te laat. Zij slepen hem mee naar de hel.
Als je niet beter zou weten, zou je denken dat het verhaal een metafoor is voor klimaatverandering.
Faust staat dan voor de mensheid: opgejaagd, nieuwsgierig en onverzadigbaar. Mefistofeles, in de oorspronkelijke Engelse tekst geïntroduceerd als ‘man van vuur’, staat symbool voor fossiele brandstof. Faust’s wonderbaarlijke verrichtingen zijn de bedrijvigheden die fossiele brandstoffen mogelijk maken.
1 Een Faustiaans verbond
Trek op de grond die cirkel, en fel onweer
breekt los uit wervelwind, weerlicht en storm
Doctor Faustus, Tweede Bedrijf, Eerste Scène
Iedereen heeft wel eens van Faust gehoord. De naam, die in het Latijn ‘de gelukkige’ betekent, werd door Duitse beoefenaars van de toverkunsten op ongeveer dezelfde manier gebruikt als de hedendaagse illusionisten die zich de titel ‘de wonderbaarlijke’ of ‘de onovertroffene’ aanmeten.
Maar wie was de oer-Faust? In het jaar 1513 hoorde een zekere Conrad Mudt in Erfurt een ‘overmatig en onbezonnen opschepper’ zichzelf omschrijven als de ‘halfgod van Heidelberg’. Zijn naam was ‘Jörg Faust’. In 1528 werd een zekere ‘Jörg Faust’ de stad Ingolstadt uitgegooid, en in 1532 werd ene ‘Dr Faust,
de beruchte sodomiet en beoefenaar der zwarte kunsten’ de toegang tot Neurenberg ontzegd. Hij boezemde de mensen duidelijk angst in. Toen hij in 1540 of 1541 in Württemberg overleed, fluisterden de inwoners dat hij door de Duivel was opgehaald.
Na zijn dood begon zijn verhaal de ronde te doen en in 1587 publiceerde een anonieme theoloog uit Frankfurt een uitvergrote versie. Twee jaar later werd de tekst in het Engels vertaald als The History of the Damnable Life and Deserved Death of Doctor John Faustus. Deze diende vervolgens als bron voor Christopher Marlowe’s toneelstuk The Tragical History of Doctor Faustus, dat hij rond het jaar 1590 lijkt te hebben geschreven.
Marlowe vertelt het verhaal van een briljante geleerde die, ‘zát van de weelde uit pure wetenschap, de grenzen van de menselijke kennis opzoekt. Door aardse studies verveeld, neemt hij zich voor om met behulp van de zwarte magie toegang te krijgen tot een wereld van profijt en verrukking, van eer, van macht, van onbeperkte almacht.
Wanneer hij eenmaal zijn duivelse krachten heeft verworven, zo gelooft hij, zullen geesten hem alles brengen wat zijn hart begeert: Ik stuur ze om goud, vliegend naar India, laat ze om parels de Oceaan doorwoelen, zend ze om vruchten mals en vorstelijk konfijt tot in der Nieuwe Wereld verste hoeken.
Faustus trekt een cirkel en roept hiermee Mefistofeles op, de knecht van de Duivel. Hij wil een verbond met hem sluiten: als de Duivel hem vierentwintig jaar de tijd gunt om ‘te leven in alle wellust die ik kan bedenken’, zal Faustus na afloop van deze periode zijn ziel aan de hel afstaan. Mefistofeles legt de consequenties uit, maar de doctor wil hem eenvoudig niet geloven.
Waar zie je Faustus voor aan?
Dat hij zou denken dat er na dit leven nog sprake is van pijn? Nee, werkelijk,
dat is beuzelarij – en vrouwenpraat…
Het verbond wordt gesloten en met bloed getekend, en Faustus krijgt zijn magische krachten. Met behulp van een ‘span van louter vuur’ struint hij door heel Europa. Hij verricht ook wonderen. Zo laat hij bijvoorbeeld hartje winter verse druiven aanrukken vanuit het zuidelijk halfrond. Na vierentwintig jaar verschijnen de duivels om hem op te halen. Hij smeekt om genade, maar daarvoor is het te laat. Zij slepen hem mee naar de hel.
Een Faustiaans verbond
Als je niet beter zou weten, zou je denken dat het verhaal een metafoor is voor klimaatverandering.
Faust staat dan voor de mensheid: opgejaagd, nieuwsgierig en onverzadigbaar. Mefistofeles, in de oorspronkelijke Engelse tekst geïntroduceerd als ‘man van vuur’, staat symbool voor fossiele brandstof. Faust’s wonderbaarlijke verrichtingen zijn de bedrijvigheden die fossiele brandstoffen mogelijk maken.
Vierentwintig jaar is de tijd – ongeveer de helft van de werkelijke periode – waarin we dankzij deze brandstoffen in weelde hebben kunnen leven. En de vlammen van de hel? Vermoedelijk hebt u daar zelf al iets bij kunnen verzinnen.
In 1590 werd de economie vooral door hout, water, wind en paarden aangedreven. In Engeland werd daarnaast een kleine hoeveelheid fossiele brandstof gebruikt: zo weten we bijvoorbeeld dat er in 1585 door de stad Londen ongeveer 24.000 ton steenkolen werd ingevoerd. Met die kolen konden ze net zoveel energie opwekken als Groot-Brittannië nu in een halfuur verbruikt.
Het zou nog drie eeuwen duren voordat vloeibare fossiele brandstoffen massaal hun intrede deden. Europa zat nog midden in de ‘Kleine IJstijd’, met temperaturen die één tot anderhalve graad lager waren dan nu. De wetenschap bestond, op enkele uitzonderingen na, uit een bonte mengeling van alchemie,
theologie en magie. Als de huidige door de mens ontketende klimaatverandering in de zestiende eeuw zou zijn opgetreden, hadden de mensen die toen leefden niet de middelen om het waar te nemen. De Tragische Geschiedenis van Doctor Faustus is geen allegorische vertelling over klimaatverandering. Maar
volgens het Britse Ministerie van Handel en Industrie verbruikte Groot-Brittannië in 2003 68,7 miljoen ‘short tons’ aan kolen. Eén short ton = 2000 Britse pond; 1 Britse ton = 2240 pond. 68,7 x (2000 / 2240) = 61,3 miljoen Britse ton. Volgens de Amerikaanse Energy Information Administration wordt in Groot-Brittannië 15 procent van alle opgewekte energie door kolen geleverd. 61,3 x (100 / 15) = 408,7 miljoen ton. 408.700.000 / 24.000 = 17.029. In één jaar zijn er 8.760 uren. 8.760 / 17.029 = 0,514.
De intenties van de dichter doen geen afbreuk aan de kracht van de metafoor. Ons gebruik van fossiele brandstoffen is met recht een Faustiaans Verbond.
Wie er nu nog aan twijfelt dat door de mens veroorzaakte klimaatverandering plaatsvindt, gaat niet te rade bij de wetenschap maar valt terug op een andere manier om de wereld te begrijpen: alchemie bijvoorbeeld, of magie.
IJsboringen in Antarctica hebben aangetoond dat de atmosferische
concentraties van de twee belangrijke broeikasgassen, kooldioxide en methaan, gedurende de laatste 650.000 jaar nog nooit zo hoog zijn geweest als nu. Gedurende deze hele periode liep de gemiddelde temperatuur op aarde min of meer parallel aan de concentraties van deze gassen.
In de afgelopen eeuw is de hoeveelheid kooldioxide (co2) in de atmosfeer sneller gestegen dan in welke andere periode in de laatste 20.000 jaar. Een dergelijke snelle ophoping van broeikasgassen in de atmosfeer kan alleen maar door menselijke activiteiten worden veroorzaakt: kooldioxide komt vrij bij verbranding van olie, steenkool en gas en door het kappen van wouden, methaan door het bedrijven van landbouw en veeteelt en vanuit vuilstortplaatsen.
Beide gassen spelen in de atmosfeer een belangrijke rol: ze laten meer zonnewarmte toe dan ze laten ontsnappen. Hoe hoger de concentratie ervan, hoe hoger de temperatuur op onze planeet. Sinds de tijd van Marlowe is de concentratie co2, de belangrijkste van de twee, van 280 delen op één miljoen delen lucht (geschreven als ‘280 ppm’) naar 380 ppm gestegen.
Het grootste gedeelte van deze stijging is in de laatste 50 jaar opgetreden. Als gevolg hiervan is de gemiddelde temperatuur op aarde de afgelopen eeuw met 0,6º Celsius gestegen. In een onlangs verschenen rapport stelde de Wereld Meteorologische Organisatie, wmo, vast dat ‘er de laatste 1000 jaar waarschijnlijk geen eeuw is geweest waarin de temperatuur zo sterk is gestegen als in de twintigste eeuw’.
Als u deze verklaring voor het opwarmen van de aarde verwerpt, dient u zich de volgende vragen te stellen:
1. Bevat de atmosfeer co2?
2. Leidt een hogere co2-concentratie tot een stijging van de gemiddelde temperatuur op aarde?
3. Zal deze invloed sterker gelden als er meer co2 aan de atmosfeer wordt toegevoegd?
4. Hebben menselijke activiteiten tot een netto-uitstoot van co2 geleid?
Als u op een of meer van deze vragen ‘nee’ hebt geantwoord kunt u zichzelf gerust voordragen voor een Nobelprijs, aangezien het u dan gelukt is de moderne wetenschap volledig op zijn kop te zetten.
’k Mag ’t laf en gluiprig volk niet lijden, Zij hebben meenge prooi ons weer ontgapt. Met d’eigen waapnen komen ze ons bestrijden.
Zij zijn óók duivels, maar verkapt.
Faust, Deel II, Vijfde Bedrijf
Beròuw gerust, en duivels rijten U aan stukken.
Doctor Faustus, Tweede Bedrijf, Derde Scène1
Wie heeft zo slecht met schop en spa Het laatste huis gewroet?
Faust, Deel II, Vijfde Bedrijf
Daar heerst de zee, bezield door woeste kracht,
Trekt zich terug en… niets is er volbracht.
Tot wanhoop toe zou ’t mij kunnen benauwen,
Zulk doelloos werken der Natuur te aanschouwen.
Faust, Deel II, Vierde Bedrijf
En als om strijd bruisen de stormen,
Van land naar zee, van zee naar land,
En, om zich henen woedend, vormen
Zij enen teisterenden band.
Faust, Proloog in den Hemel
Binnen [brandde] ’t vlug ontvonkte vuur;
Blij verstond ge te besluiten
Zulk een gruwelijk avontuur.
Faust, Deel II, Vijfde Bedrijf
Zijn er hier ook Britten? Ze zijn altijd onderweg.
Faust, Deel II, Tweede Bedrijf
Het voertuig varen latend van mijn wolk,
Die mij door heldre dagen stil droeg over land en zee
Faust, Deel II, Vierde Bedrijf
Dit treft mij meer dan al het reeds aanschouwde;
Wáár, in dit dood seizoen, haalt gij die druiven,
Nu alle takken dor staan zonder vrucht?
Doctor Faustus, Vierde Bedrijf, Tweede Scène
Kon ik maar ééns de hel aanschouwen én
veilig terugkeren, … dán was ik gelukkig!
Doctor Faustus, Tweede Bedrijf, Derde Scène